'Alleen met stabiel beleid kan warmtesector investeren'
Ennatuurlijk, in grootte het derde warmtebedrijf van Nederland, staat voor enorme investeringsbesluiten om tienduizenden woningen van het gas te kunnen halen. CEO Ernst Japikse roept de overheid op hiervoor de juiste voorwaarden te scheppen in een nieuwe Warmtewet. ,,Er heerst nu grote onzekerheid in de warmtesector over de rol van de overheid. Dat leidt nu al tot uitstel van investeringen.’’
Zijn onderneming is een van de partijen die een sleutelrol spelen in het halen van het Klimaatakkoord. Dat beoogt in 2030 anderhalf miljoen bestaande woningen van het gas te halen. Zeshonderdduizend huizen zijn geschikt voor aansluiting op een warmtenet. Het vergt miljarden investeringen van de warmtesector om dit te realiseren.
Japikse: ,,Als het gaat om Ennatuurlijk hebben we het onder andere over vijftigduizend woningen in Leeuwarden, 100 duizend in Twente waarvan een deel pas na 2030 kan worden gerealiseerd en dertig- tot veertigduizend in Breda. En dan praten we niet alleen over de aanleg van een leidingennetwerk, het gaat ook over het ontwikkelen van nieuwe, duurzamere warmtebronnen waarmee zo’n netwerk kan worden gevoed. Dat moet voorgefinancierd worden, het vergt heel veel risicokapitaal. Financiers stellen dat alleen beschikbaar als ze dat in een redelijke termijn en tegen een nette risicopremie terugverdienen.’’
Dat laatste is maar de vraag, wil hij maar zeggen, als de overheid bijvoorbeeld zou besluiten warmtebedrijven te dwingen hun infrastructuur (leidingennetwerken) over te dragen aan publieke eigenaren zoals gemeenten en provincies. ,,We hebben in Nederland gezien dat warmtebedrijven in publieke handen het echt niet beter doen dan bedrijven in private handen. Niet in vertrouwen, niet in klanttevredenheid, niet in duurzaamheid en niet in prijs.’’
,,In het verleden hebben we diverse publieke warmtebedrijven in problemen zien komen waar we als private sector dan elke keer te hulp zijn gesprongen. Recent is nog Warmtebedrijf Rotterdam aan Vattenfall verkocht. Waarom dan de private markt buitenspel zetten?’’ Hij wijst naar Leeuwarden: ,,Daar doen we nu aardwarmteboringen, maar we gaan geen netwerk aanleggen met het risico dat we gedwongen worden dat straks aan een publieke partij te moeten verkopen. Dat kan ik niet verantwoorden naar mijn aandeelhouders.’’
Ennatuurlijk is sinds 2014 voor 80 procent in handen van PGGM, Veolia bezit de overige 20 procent. Voor Japikse is een pensioenbelegger een ideale partner: ,,Pensioenkapitaal is geduldig, het geeft financiële stabiliteit aan de onderneming, het maakt een langdurige cash flow mogelijk én er is bereidheid om dingen voor te financieren.’’
Dat laatste noemt hij ‘cruciaal’. ,,Als we investeringsplannen ontwikkelen voor nieuwe duurzamere warmtebronnen, dan gaat dat in zeer nauw overleg met de aandeelhouders. Er zitten immers risico’s aan. De aardwarmteproeven in Leeuwarden zijn kostbaar en leveren op dit moment nog niet op wat we verwachtten. Een aandeelhouder die er alleen voor de snelle winst zit, zal dit nooit willen financieren.’’
Voor de lange termijnhorizon die hier nodig is, zijn publieke eigenaren niet per definitie geschikt, zegt hij. ,,Het project Leeuwarden loopt al minstens vijf jaar. In zo’n periode zitten lokale verkiezingen die altijd onrust geven, wat niet goed zou zijn voor de continuïteit van zo’n project.’’
Japikse stelt dat de overheid ook niet de ondernemingszin heeft dergelijke projecten te ontwikkelen. ,,Daar zijn ze ook niet voor. Ik hoorde minister Jetten bij de toelichting op zijn klimaatplannen zeggen dat de overheid er niet voor is om dingen als een kerncentrale te ontwikkelen. Daar ben ik het helemaal mee eens, en dat geldt wat mij betreft ook voor de warmtenetten.’’
Daarnaast kan een bedrijf als Ennatuurlijk dat actief is in verschillende delen van het land zijn ervaringen en kennis steeds opnieuw inzetten: ,,Wat we leren in Leeuwarden, gebruiken we straks weer bij geothermische projecten in Moerdijk, Plukmade en Eindhoven. Als gemeenten elk hun eigen warmteprojecten gaan tenderen, dan wordt die kennis versnipperd.’’
Japikse meent dat het halen van de klimaatambities een andere aanpak nodig maakt. ,,Energiebedrijven hebben nu een verkeerde prikkel, namelijk zoveel mogelijk energie verkopen. Maar liever sluit ik een contract met huiseigenaren waarin ik ze een afgesproken warmtecomfort bied, zeg 20 graden Celsius. Dan heb ik een prikkel om te zorgen dat ik dat met zo weinig mogelijk energie realiseer. Dat zou betekenen dat ik contracten sluit met isolatiebedrijven om de huizen van mijn klanten te verduurzamen. Het betekent ook een efficiëntere benutting van duurzamere warmtebronnen, waardoor mijn investeringen beter renderen en meer woningen ervan profiteren.’’
Hij vindt dit een veel relevantere discussie dan het gesprek over wie een netwerk moet beheren of aanleggen. Nog zo’n voorbeeld: ,,Ik zou net als de energiebedrijven best willen variëren met 1-, 2- en 3-jaars warmtetarieven. Dan hebben mensen meer keuze in de mate van zekerheid die ze willen hebben. Maar de huidige regelgeving maakt dit vrijwel onmogelijk. Dáár wil ik het met de overheid over hebben.’’
En maak bewonersparticipatie mogelijk, zodat het draagvlak voor duurzame warmte stijgt, vindt hij. ,,In Helmond bouwen we de grootste aquathermiecentrale van Europa. Waarom zouden onze particuliere klanten daar niet een aandeel in kunnen nemen, zoals mensen ook een stukje van een windmolen financieren? Al is het maar 100 euro, waar ze rendement op krijgen – dan zijn ze mede-eigenaar en zien ze wat het oplevert.’’
Nu is de tijd om zulke lokale duurzaamheidsprojecten te ontwikkelen, zegt hij. ,,Waarom zouden we nog aardgas van heel ver weg halen, zoals uit Rusland, als we in onze eigen buurt duurzame bronnen kunnen ontwikkelen en benutten? Dat zou de overheid moeten helpen vergemakkelijken. Dat is een veel relevanter gespreksonderwerp dan die netwerkdiscussie.’’
Artikel delen of printen
klik op het icoon